Beste ouder(s), verzorger(s),
Middels deze pagina informeren we jullie over de rol van spe(e)lbegeleider voor de jongste jeugd. O8 en O9 teams worden tijdens de thuiswedstrijd, begeleid door 1 ouder/verzorger als spelbegeleider. De coach geeft aan wie, wanneer aan de beurt is. De spelbegeleider zorgt zelf voor vervanging indien hij/zij niet kan. Een fluitje is verkrijgbaar bij de gastouder.
Het zal vast spannend zijn de eerste keer, maar je zult ervaren dat het reuze meevalt. Door het gewoon te doen, ga je het hockeyspel zelf ook beter begrijpen. Je kunt nu actief iets betekenen voor je eigen en andere kinderen en de vereniging.
We spreken bij de 3- en 6-tallen (O8 en O9) nog over spelbegeleiders i.p.v. scheidsrechters. Als spelbegeleider zorg je ervoor dat de wedstrijd op een leuke, sportieve en veilige manier verloopt.
Op internet is meer informatie te vinden over de speelregels voor de jongste jeugd: https://www.knhb.nl/kenniscentrum/competities/competitie-aanbod-veldhockey-jongste-jeugd.
Mocht je meer willen weten, dan horen wij dit graag, via [email protected].
Wat is de rol van speelbegeleider?
O8
De speelbegeleider begeleidt de wedstrijd en heeft een faciliterende rol. Hij/zij laat de kinderen zo veel mogelijk spelen en zorgt voor een veilig spelverloop. De speelbegeleider staat naast het veld.
Wat betekent zo veel mogelijk laten spelen?
Op deze leeftijd is het belangrijk dat kinderen leren door te ontdekken. Dit is voornamelijk op zichzelf gericht. Wat kun je allemaal doen met een bal en stick. Daarbij is het belangrijk dat ze zo min mogelijk beperkt worden door regels. De regels in deze spelvorm beperken zich dan ook tot waar ballen uitgenomen moeten/mogen worden. Ook bepalen of een bal in of uit is en wie de bal mag nemen, kunnen kinderen prima zelf oplossen. Komen ze er niet uit dan kan de speelbegeleider helpen. De speelbegeleider let verder op de veiligheid, legt het spel bijvoorbeeld even stil als er een blessure is en zorgt voor een sportief verloop van de wedstrijd.
O9
De speelbegeleider begeleidt de wedstrijd en heeft een faciliterende rol. Hij/zij laat de kinderen zo veel mogelijk spelen en zorgt voor een veilig spelverloop. De speelbegeleider staat in het coachvak naast het veld.
Wat betekent zo veel mogelijk laten spelen?
Op deze leeftijd is het belangrijk dat kinderen leren door te ontdekken. Dit is nog steeds voornamelijk op zichzelf gericht. Wat kun je allemaal doen met een bal en stick. Wel krijgen ze meer oog voor hun omgeving en teamgenoten. Daarbij is het belangrijk dat ze zo min mogelijk beperkt worden door regels. De regels in deze spelvorm beperken zich dan ook tot waar ballen uitgenomen moeten/mogen worden. Een begin wordt gemaakt met de shoot- en bolle-kant-regel. Er wordt echter alleen ‘gefloten’ als een team hier écht voordeel van heeft. Het bepalen of een bal in of uit is en wie de bal mag nemen, kunnen kinderen ook hier prima zelf oplossen. Komen ze er niet uit dan kan de speelbegeleider helpen. De speelbegeleider let verder op de veiligheid, legt het spel bijvoorbeeld even stil als er een blessure is en zorgt voor een sportief verloop van de wedstrijd.
O8 = 3-tallen extra uitgebreide uitleg en tips
Als de allerjongsten hockeywedstrijden gaan spelen, spelen zij 3 tegen 3. Vaak zijn de kinderen nog maar 6 of 7 jaar. Omdat de kinderen nog zo jong zijn, is het van groot belang dat plezier, veiligheid en leren voorop staan. Dit moet voor de trainers, coaches, spe(e)lbegeleiders, maar ook voor de ouders duidelijk zijn. Pas als dat voorop staat, zullen de kinderen met een lach thuiskomen en door willen gaan met hockey, misschien wel tot de Heren of Dames 1 aan toe.
Nu de herijking is geweest, spelen 3-tallen op een achtste veld van circa 23 x 23 meter. De zijlijn van het gewone veld doet daarbij dienst als achterlijn. De andere achterlijn is een denkbeeldige lijn ter hoogte van de doelpalen. De achterlijn en de 23- meterlijn vormen de zijlijnen. Er is geen cirkel of doelgebied. En, anders dan bij de 6- en 8-tallen, maar ook de 11-tallen, moet ieder team DRIE doelen verdedigen. Deze doelen staan op 4 meter van de zijlijn. Ze zijn 2 meter breed en worden gemarkeerd met pylonen. Zie hieronder hoe de doelen voor 1 veld zijn geplaatst. Aan de andere kant van het ‘vaste doel’ wordt een 2e veld uitgezet, zodat er 2x een 3 tegen 3kan worden gespeeld. Er is een roulatiesysteem van teams berust met "vroege vogel dienst”. Het betreffende team zetten de velden met de pylonen uit en ruimen deze ook weer op.
Teams, tijd en score
Een team bestaat uit twee drietallen (team A en B) plus meestal één reserve per drietal met wie je continu mag wisselen. Zo ben je dus met z’n achten.
LET OP! Bij 3-tallen hockey speel je zónder keeper, en dat terwijl je nota bene drie goals hebt te verdedigen!
Een 3-tallen-wedstrijd bestaat uit 2 partijtjes van ieder 20 minuten plus een korte pauze van 5 minuten. Bij het eerste partijtje speelt team A van partij 1 tegen team A van partij 2, terwijl team B van partij 1 tegen team B van partij 2 speelt. Na de rust wisselen de teams en speelt 1A tegen 2B en 1B tegen 2A. Ieder team speelt dus 40 minuten.
De einduitslag van de ‘wedstrijd’ is de optelling van alle doelpunten uit alle 4 de wedstrijden. Als de uitslagen bijvoorbeeld 4-1, 2-8, 4-5 en 2-2 zijn, is de einduitslag 12-16.
Spe(e)lbegeleider
Partijtjes bij de 3-tallen staan onder leiding van een spe(e)lbegeleider, bij ieder partijtje één. De thuisspelende club ‘levert’ de spe(e)lbegeleiders.
LET OP! Speelbegeleiders zijn geen scheidsrechters. Een speelbegeleider houdt in beginsel zijn of haar fluitje in de zak. Een spelbegeleider staat dus zonder fluit langs de kant en enthousiasmeert de kinderen vooral en grijpt alleen in als het gevaarlijk wordt. Bij de 3-tallen gaat het er immers om dat de kinderen kunnen door hockeyen en dat zij zelf ontdekken wat er goed en fout gaat. Uiteraard zijn er wel een paar richtlijnen die als regels gehanteerd kunnen worden. Belangrijk is dat de kinderen lekker hun ding kunnen doen, dat vergroot het plezier.
TIP! Het is verstandig dat speelbegeleiders en coaches voor de wedstrijden even overleggen, zodat zij ongeveer op 1 lijn met elkaar staan (soms ben je zelf fanatieker of is juist de tegenstander fanatieker en wordt er verwezen naar de ‘oude’ 3-tallenregels).
LET OP! Iedere wedstrijd begint met shake hands. Daarbij geven de teams elkaar en de spelbegeleiders een hand en wensen ze elkaar een fijne wedstrijd. In het kader van de hygiëne kan dit natuurlijk ook door de sticks tegen elkaar te tikken.
TIP! Als spe(e)lbegeleider kun je zelfs een time outgeven om teambegeleiders de gelegenheid te geven extra aanwijzingen te geven, zodat het spel beter kan verlopen. Teambegeleiders kunnen bovendien zelf ook om een time out vragen.
Zoals in de inleiding al werd gesteld, draait het, anders dan ouders soms denken, bij 3- tallen hockey niet om winnen. Het gaat om plezier, veiligheid en leren!
- Plezier Daarom doe je de warming up bij 3-tallen bij voorkeur samen (dus met de tegenstander) en begint iedere wedstrijd met shake hands. Je geeft elkaar dan een hand en wenst iedereen veel plezier.
- Veiligheid Omwille van de veiligheid zijn scheenbeschermers en een bitje verplicht! Bovendien mag je de bal niet hoog spelen. Dat betekent dus niet boven kniehoogte in het veld en onder plankhoogte in het doelgebied bij een schot op goal en mits niet gevaarlijk. Daarnaast is het belangrijk dat de stick laag wordt gehouden (niet boven de schouder). Dus ook niet tijdens het juichen van een doelpunt.
TIP! Check/vraag voor aanvang van de wedstrijd of iedereen zijn/haar bitje in heeft
Leren Soms kan het handig zijn om de kinderen uitleg te geven over wat de regels zijn of wat bijvoorbeeld wel en niet mag. Daartoe kan een speelbegeleider de wedstrijd even onderbreken.
Spelplezier bevorderende maatregelen
Bij de 3-tallen komt het nog wel eens voor dat de krachtverschillen tussen teams heel groot zijn. Een indicatie hiervoor is als een team ver voor staat. Speelbegeleiders kunnen dan, in overleg met de teambegeleiders, spelplezier bevorderende maatregelen nemen. Voor de sterkere partij kun je de opstelling veranderen. Of je geeft aan dat spelers de bal maar drie keer mogen raken. Voor de zwakkere partijkun je als speelbegeleider extra aanwijzingen geven. Je kunt ze ook met een extra speler laten spelen.
LET OP! Veel gebruikte maatregelen als de doelen verkleinen of verplicht 3x overspelen worden door de KNHB afgeraden. Deze maatregelen passen niet meer binnen het opleidingsbeleid van de hockeybond.
Overtredingen
Er moet vooral gelet worden op de veiligheid; het spel mag dus niet gevaarlijk worden. Uiteraard zijn er tal van andere dingen die later niet mogen, maar hier wordt bij de 3-tallen nog niet zou erg naar gekeken.
De volgende punten kunnen worden aangemerkt als overtreding:
·De bal spelen met de voet (shoot)
·De bal spelen met de bolle kant van de stick
Zeg hier alleen iets van als er echt voordeel uit wordt gehaald!
LET OP! De bal mag bij 3-tallen hockey niet omhoog worden gespeeld. Dat is gevaarlijk.
TIP! Of er sprake is van gevaarlijk spel kun je vaak zien aan de schrikreactie van spelers.
Afslag en spelhervattingen
De afslag aan het begin van een wedstijd wordt in het midden van het veld genomen waarbij alle spelers op de eigen helft staan; de bal moet stilliggen. De tegenstaander staat op minimaal 3 meter afstand.
Bij iedere spelhervatting moeten alle spelers op 3 meter afstand van de bal staan, maar dan hoeft de bal niet stil te liggen.
Gaat de bal over de zijlijn, neemt de andere partij een inslag op de plaats waarbij de bal over de lijn is gegaan.
Is de bal over de achterlijn gegaan, wordt de bal uitgeslagen door het team dat de bal niet als laatste heeft geraakt op minimaal 3 meter van de achterlijn (dit geldt voor beide teams).
Doelpunt
De kinderen gaan vanzelf richting de 3 doelen en doen hun best om te scoren. Laat ze lekker hun gang gaan. Een doelpunt kan vanaf iedere plaats worden gescoord. Na een doelpunt mag de uitslag op iedere plaats voor de achterlijn op de eigen helft worden genomen.
Voor meer informatie kun je de site van de KNHB raadplegen.